Trop is teveel

Volgende week zondag gaan onze zuiderburen naar de stembus. Als enigen in Europa moeten Belgen stemmen, op straffe van boete. Dat geldt voor alle Belgen behalve zij die in het buitenland wonen, zoals ondergetekende. Want, misschien is het U nog niet opgevallen, ik ben niet alleen professor in de internationale economie maar ook een heuse, internationale Belsj die Nederlandse, en nu vooral Duitse studenten economie moet aanleren. Mijn aanstelling vond plaats in de beginjaren van de universiteit toen die nog niet "um" was en internationalisering nogal een lokaal karakter had. Maar enfin, j'y suis, j'y reste en nog content ook. Als internationale Belg heb ik in geen kwart eeuw meer gestemd en mocht nu samen met zo'n 560.000 andere buitenlandse Belgen voor het eerst stemmen. Achttien is het gelukt. Ik vond het getuigschrift dat ik voldaan had aan mijn militieplicht niet meer, en dus ga ik zondag 13 juni niet stemmen. Mijn vrouw, ook een Belsje, die in Luik werkt, werd wel opgeroepen om het lokale stembureau te "bemannen", maar moest, uiteraard tot haar grote spijt, de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg meedelen dat zij, als niet-ingezetene, niet bevoegd was dit te doen. In België wordt van burgers verwacht dat je de overheid helpt uit te vissen hoe de regels in elkaar zitten.

Na 160 jaar scheiding hebben België en Nederland nog steeds veel gemeen. Zo hebben Kok en Dehaene niet alleen een gemeenschappelijke syndicale achtergrond; ze lijken steeds meer op elkaar. Kok is immers in het Frans haan, maar dat wist U wellicht al. Maar, op een wat serieuzere toon: zonder al te veel poeha heeft zich gedurende de afgelopen regeerperiode (1995-99) van het kabinet Dehaene een fundamentele wijziging voorgedaan in de Belgische en vooral dan Vlaamse economie. Eerst en vooral is er de ontwikkeling op het gebied van de arbeidskosten. In België zijn de lonen geïndexeerd, wat onder meer resulteerde in een geleidelijke verslechtering van de concurrentiepositie over de jaren '80 en '90 vooral ten opzichte van Nederland. Omdat consensus à la Nederlands poldermodel tussen de sociale partners in deze context tot weinig concrete resultaten kon leiden, werd eerst in 1994 een nieuw zogenaamd "gezondheidsindexcijfer" ingevoerd (ge moet maar slim zijn) en vervolgens opnieuw, in typische Dehaene stijl, de druk op de sociale partners om de stijging van de arbeidskosten te beperken gewoonweg wettelijk vastgelegd. De wet (van 26 juli 1996) legt een maximumgrens op: die van het gemiddelde van de drie omliggende landen (Nederland, Duitsland en Frankrijk). Verminder tenslotte fors de werkgeversbijdragen aan de sociale zekerheid en klaar is kees. Het resultaat in termen van werkgelegenheid begint internationaal en zelfs in vergelijking met Nederland indruk te maken: over de laatste twee jaren is de werkgelegenheid met zo'n 100.000 eenheden gestegen en de werkloosheid met zo'n 2% gedaald. Je zou kunnen stellen dat zoals in Nederland, het ook in België een premier is met een expliciete syndicale achtergrond die op zijn eigen specifieke Belgische manier, loonmatiging erdoor drukt om de werkgelegenheidsmachine op gang te brengen.

Jammer genoeg hebben die positieve ontwikkelingen zich vooral in Vlaanderen voorgedaan en lijkt de interne Belgische kloof tussen Wallonië en Vlaanderen alsmaar groter te worden. Het verschil in economische welvaart, zoals gemeten aan de hand van het BBP per ingezetene, bedraagt nu al meer dan 24%. De werkloosheid in Vlaanderen ligt vandaag ongeveer op het niveau van Nederland, in Wallonië meer dan het dubbele (13,4%). Maar wat ook opvalt in verhouding tot Nederland, en uiteraard door de Vlaamse partijen gretig beklemtoond, is dat Vlaanderen met zijn Nederlandse werkloosheidscijfers en werkgelegenheidsgroei, een goede 10% rijker is dan Nederland, een hogere arbeidsproductiviteit kent, een hogere participatiegraad (minder WAO-ers) en nu ook nog een minder snel stijgend arbeidskostenverloop. Of het Dehaene veel stemmen zal opleveren, valt te betwijfelen.

Intussen, en U begrijpt wellicht dat ik als echte Belg het niet kan nalaten U hierover mijn eigen, wat meer politieke analyse te geven, zit Dehaene immers opgescheept met een echt kippenschandaal. Straks mag men wel voor Dehaene stemmen maar geen kip eten: een nieuw, Belgisch politiek kruitvat. Kort de feiten. Dehaene, in het Frans ""le coque", was slechts voor de Waalse deelregering -- dus opgepast niet de franstalige gemeenschap -- aanvaardbaar als premier omdat zijn naam de uitdrukking zelf was van het Waalse nationalisme: "le coque wallon"; hij collectioneert zelfs haantjes. Kippen en eieren daarentegen zijn heel belangrijk in Vlaanderen en -- opgepast, opnieuw een belangrijke nuance -- het Brusselse gewest. De inwoners van de stad van "manneke pis" worden b.v. zowel in het Nederlands als het Frans omschreven als "kiekefretters": een verband tussen beide Brusselse karakteristieken kon tot op heden niet echt gelegd worden, maar misschien dat dioxine er iets mee te maken heeft. Minister Colla, ja die van de flippo's en voor het leven gesponsord wordt door Pepsi, zou het uitzoeken, dat zullen we dus ook nooit meer te weten komen. In Vlaanderen is de kip en het ei voor de culinaire cultuur wat de pizza en de olijfolie in Italië is: alomtegenwoordig. En kunt U zich inbeelden hoe nu in de Gentse restaurants "Waterzooi à la dioxine" wordt geserveerd; of je straks op de dijk in Blankenberge bij je wafel met slagroom gratis een vleugje dioxine meekrijgt of de madam van het frietkot op de Meir je vraagt: "een zakske frieten met dionnaise?" Niet verwonderlijk dat verwacht wordt dat het Vlaams Blok een monsterscore zal halen: moeten stemmen en alleen buitenlandse kippen mogen eten. De frustratie bij de Belgische kiezer loopt eraf: als het Blok slim was wijzigde het nog snel zijn verkiezingsslogan: "eigen kippen eerst". En natuurlijk ook niet verwonderlijk dat de nationale Belgische voetbalploeg nog steeds niet kan winnen. Alhoewel er is beterschap: vorige week werd voor het eerst in 524 minuten voetbal een doelpunt gescoord. Zou dioxine dan toch een positief effect hebben? Ja, en ik hoor U al denken en die Frank VdB die "onze" Boogerd van de overwinning heeft gehouden, misschien was het helemaal geen EPO maar gewoon Ploegsteertse kip.

Maar allé, ik weid nogal uit, ik ga weer eens die examenvragen maken voor het VWO eindexamen economie 1 voor volgend jaar. Wat denkt U van volgende vraag? Stel, U woont in Belgenland waar lonen geïndexeerd zijn en U hebt net de consumentenprijzenindex in een gezondheidsindex veranderd, want uiteindelijk hoeven lonen niet gecompenseerd te worden voor ongezonde consumentenneigingen, zoals tabak en alcohol. Plots ontdekt U dat er twee soorten kippen en eieren in uw nieuwe index zitten: met dioxine en zonder. De prijzen van die met dalen fantastisch waardoor de geïndexeerde lonen en arbeidskosten nog verder naar beneden kunnen; de prijzen van die zonder stijgen gigantisch waardoor de concurrentiepositie van uw land in gevaar komt. Wat doet U? Even Heertje bellen wat die ervan vindt.

Luc Soete