Balkenende versus Leterme

Vorige maand had ik het hier over een vermeende weddenschap tussen Jan Peter Balkenende en Yves Leterme om als langszittende waarnemend premier van respectievelijk Nederland en België de geschiedenis in te gaan. Mijn stelling toen dat de voedingsbodem hiervoor terug te vinden was in de toch wel vrij merkwaardige politieke poging om enerzijds in Nederland een rechtse premier te willen benoemen op basis van een rechtse minderheid en anderzijds in België een linkse premier op basis van een rechtse meerderheid, lijkt zich afgelopen maand alleen maar bevestigd te hebben. In een moment van ijdele verheffing, dacht ik vorige week dat Ab Klink en Bart de Wever mijn column in De Limburger gelezen hadden! Maar neen dus, Jan Peter en Yves kunnen op beide oren slapen, het zal nog een hele poos duren. Wat echter met de dag merkwaardiger wordt, bijna even merkwaardig als de politieke ontwikkelingen, is de economische ontwikkeling in beide landen... Kort even de feiten op een rij.

Sinds de regeringscrisis van 20 februari lijkt de Nederlandse economie te groeien als kool; daalt de werkloosheid zoals in de beste jaren van paars; is het vertrouwen in de economie bij zowel bedrijfsleven als consumenten gestegen; en konden reeds bezuinigingen op de overheidsbegroting voor volgend jaar gerealiseerd worden ten belope van meer dan 3 miljard. Zelfs het toch wel vrij dramatische nieuws afgelopen juni van het Amerikaanse MSD om de Organon vestiging in Oss te sluiten, werd herroepen. Een betere economische track record kun je je bijna niet voorstellen. Maar er is meer. Dit economisch huzarenstukje werd gerealiseerd met zo ongeveer de helft aan Ministers en staatssecretarissen dan zes maanden geleden. Vertwijfeld vraag je je af, als je Jan Kees de Jaeger nu als Minister van Financiën bezig ziet, wat hij vroeger deed als toenmalige staatssecretaris met Wouter Bos als Minister. Vergaderen? Om maar te zwijgen van de efficiëntieslag die onze Maxime Verhagen zomaar eventjes neerzet: nu naast Minister van Buitenlandse Zaken, ook Staatssecretaris van Europese Zaken, Minister van Ontwikkelingssamenwerking, fractievoorzitter en CDA onderhandelaar. Toegegeven, in Maxime´s geval kon je natuurlijk wel al vroeger zien wat hij de hele dag deed: twitteren. Zelfs Benjamin Netanyahu is blij met Verhagen´s nieuw takenpakket. Eindelijk rust bij zijn onderhandelingen met de Palestijnse leider Mahmoud Abbas: geen tweets van Maxime!

Kortom, de eenvoudige burger zoals U en ik die denkt dat in deze barre tijden van economische crisis na drie maanden vergaderen het nu echt tijd is om zo snel mogelijk een regering te vormen om het land te besturen, zit er volledig naast. Deze onderhandelingen zijn precies wat het land nodig heeft en moeten zo lang mogelijk duren. Ja maar, Jan Peter Balkenende zou het niet langer leuk vinden, zo vertellen ons politieke commentatoren. Sorry, maar als dit nu eenmaal dé meest efficiëntie manier is om een land te besturen, moet een premier het wat mij betreft niet noodzakelijk leuk vinden. Gewoon doen wat gedaan moet worden; niet steeds weer willen scoren met nieuwe initiatieven of in Brussel rondhangen met Europese collega’s, maar gewoon elke dag weer op kantoor in het torentje met zicht op de vijver, en als toemaatje af en toe de uithoeken van het land mogen bezoeken. Goddank hebben we nog de Antillen.

In België is de situatie zo ongeveer het omgekeerde. Daar stapelen de negatieve berichten over de economie zich op sinds het land in de politieke impasse zit. Het patronaat zit met de handen in het haar: de loonkosten stijgen snel, steeds meer industrie verdwijnt en vakbonden vragen zich vertwijfeld af of politici nog enig realiteitsgevoel hebben gezien de snel oplopende werkloosheid. Het begrotingstekort waarover straks, want daar is men nog niet mee begonnen, onderhandeld moet worden, bedraagt nu al 25 miljard euro. En intussen zit men verder te bakkeleien hoe het geld – dat er niet is – naar de regio’s kan verdeeld worden. En wat politieke efficiëntie betreft, crisis of geen crisis, er zijn nog steeds 56 ministers en staatssecretarissen, zeven parlementen, zes regeringen, 537 volksvertegenwoordigers – 1 per 20.000 inwoners – en een overheidsschuld die weer boven de 100% van het BBP is gestegen.  

Het zal duidelijk zijn: ook al blijft Yves Leterme dolgraag zitten tot het einde van het Belgisch EU voorzitterschap en wil Jan-Peter zo snel mogelijk weg, Yves mag die weddenschap echt niet winnen.

Luc Soete

11 september 2010