Obama in Europa

Toen Obama verkozen werd, had ik hier de verwachting uitgesproken dat de nieuwe Amerikaanse president wellicht Afrika zou uitkiezen als eerste continent voor een officieel buitenlands bezoek. Zijn roots maar ook de verkiezingsslogan van change en yes, we can leken ook goed van toepassing in Afrika. Maar niet dus, het werd Europa. En snel werd duidelijk, in amper enkele dagen, dat change ook, en vooral zelfs, een Europees probleem is en dat de vraag van yes, we can in Europa sinds lang niet meer op zo’n heldere en consistente manier gesteld werd als Obama deed. Bijna elke speech raakte onderwerpen aan die in Europa onder de tafel van het politieke compromis geveegd zijn en zo min of meer onbespreekbaar zijn geworden. In één klap werd de Europese burger geconfronteerd met de gapende politieke kloof tussen de change die de politieke leider van een wereldmogendheid vermag en de traagheid en onvoorstelbare complexiteit van een politiek Europa met steeds weer bekvechtende lidstaten over bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Ik weet niet wat Obama gedacht moet hebben toen hij gebriefd werd over de lijst van grote en kleine Europese leiders die hij zou ontmoeten en de verschillende nationale Europese zorgen die hij zou moeten aanhoren. Als ik hem was, zou ik wat verkiezingsslogan advies gegeven hebben. Ik kan mij het gesprek met die fysiek wat kleinere leider van een groot Europees land zo inbeelden: “Hi Nicolas, listen, rather than your slogan “yes, I can” which I admit inspired me a hell of a lot, did you ever think of “yes Europe, we can”? Maar Sarkozy hapte niet toe. Meer nog, na jaloers geweest te zijn op Obama’s inauguratie, is hij nu ook jaloers op Obama’s vrouw Michelle “plus grande que Carla!” Verandering in Europa lijkt met de sterke politieke wil tot behoud van eigen nationale macht en invloed, verworden tot iets dat slechts onder extreme, externe druk tot stand komt. In die zin was de externe druk van Obama zoals het pleidooi tot uitbreiding van de EU met Turkije, misschien nog te mild. Zonder Turkije is het moeilijk in te zien hoe Europa zijn vergrijzingscrisis te boven zal komen, of hoe het voldoende talent en dynamiek zal hebben om de enorme uitdagingen van de toekomst aan te kunnen. Maar als eerste openingschot not bad.

Toevallig was ikzelf deze week in Afrika, in Senegal om precies te zijn. Heel wat jongeren liepen er rond met t-shirts met de beeltenis van Obama en het opschrift yes we can. Dakar juist zoals vele andere Afrikaanse steden wacht met spanning op het bezoek van Obama die zij allemaal beschouwen als één van hen. Studenten en docenten hier aan de universiteit met wie ik sprak zijn vooral benieuwd naar de vergelijking tussen een Obama speech en die van Sarkozy hier twee jaar geleden op de universitaire campus die destijds voor heel wat opschudding zorgde. Een Obama speech die wat hen betreft gehouden zou moeten worden op het kleine eiland Gorée, een verbastering van het vroegere Nederlandse Goede Rede, in de baai van Dakar: het meest Westerse knooppunt van waaruit Afrikaanse slaven naar Amerika vervoerd werden. Afrika heeft absoluut behoefte aan change, de armoede is er alomtegenwoordig, de extreme rijkdom ook maar gek genoeg lijkt het alsof verandering hier onder de extreme druk sneller zal komen dan in Europa. De gemiddelde leeftijd hier in Senegal is 20, de bevolkingsdruk op een stad als Dakar met 250.000 nieuwe ingezetenen per jaar enorm, de druk op huizen-, wegen- en transport-, water- en energieinfrastructuur praktisch niet vol te houden. Alles om je heen roept om investeringen. Het spiegelbeeld van onze Limburgse vergrijzingsproblemen met zijn nieuwe stadswijken in steden met afnemende aantallen inwoners, universiteiten op zoek naar studenten of voetbalploegen op zoek naar supporters. Misschien had Obama toch wel gelijk. In Afrika is men al lang overtuigd van zijn boodschap, beter eerst die boodschap in Europa verkondigen.

Luc Soete

11 april 2009