De universiteit en de city

“What an amazing city!” glimlachte mijn Braziliaanse collega mij woensdagmorgen vol bewondering toe. “It made me feel completely like back home in São Paulo.” Ik had geen flauw idee waarover ze het had. Even dacht ik aan de kop van de krant die ik nog in mijn handen had: “Weer een lijk gevonden in Maastricht”, maar zó cynisch is mijn collega nu ook alweer niet. Ik mompelde dan maar voorzichtig “good for you” bevreesd voor de mogelijk intieme onthullingen die zouden volgen. Maar ik had het volledig mis. Na het eindsignaal van Brazilië-Kroatië brak dinsdagvond in de city, zo vertelde ze mij, een overweldigend vuurwerk uit. Het kwam van alle kanten. En “most extraordinary” zo voegde ze er aan toe, precies een half uur later was het allemaal weer afgelopen en werd alles weer muisstil als van oudsher. In de wolken was ze, van zoveel bewustzijn bij al die voetbalminnende stadsbewoners die niet alleen echte voetbalkwaliteit apprecieerden maar ook nog eens zo'n respect hadden voor medeburgers die de volgende dag weer vroeg op moesten. Ik houd van Brazilië en nog veel meer van Braziliaanse vrouwen, haar brutaal uit haar droom helpen om de toch wel saaie waarheid te vertellen over het gemeentelijke vuurwerk ter ere van de VNG, het leek mij niet opportuun. Dus antwoordde ik maar dat dit in Maastricht heel gebruikelijk was bij Latijns-Amerikaans voetbal, trouwens werd er al niet op zaterdagavond na de overwinning van Argentinië vuurwerk afgestoken?

In het geval U het vuurwerk vorige weekend niet gehoord of gezien hebt, het was de universiteit, de UM die met gepast feestgedruis haar dertigjarig lustrum vierde. Er was niet al te veel volk op afgekomen maar gelukkig waren er al die buitenlandse studenten en medewerkers die zich dankzij het vuurwerk met hun voetbalidolen konden vereenzelvigen. Toch wel uniek voor een instelling die destijds opgericht werd louter vanuit het perspectief van regionale ontwikkeling. Zowel in groei van opleidingen, aantrekken van studenten als in de kwaliteit van wetenschappelijk onderzoek, is de UM, zo schat ik in, de enige regionale universiteit die er zo snel is in geslaagd uit te groeien tot wereld kenniscentrum op een aantal hotspots. Uiteraard praat ik voor eigen parochie, maar het succes van de UM kan mijns inziens goed afgemeten worden aan de onderzoeksinvesteringen die een 100-jarig bedrijf als DSM zich nu getroost in de oprichting, met een 30-jarig universitaire partner, van een life sciences campus in Geleen. Ter vergelijking de high-tech A2 campus van Philips in Eindhoven is toch eerst en vooral een eigen Philips initiatief gericht op samenwerking met andere bedrijven, de TUe is er slechts zijdelings bij betrokken.

Paradoxaal genoeg is het zwakke punt in het succesverhaal van de UM de lokale werkgelegenheid van de afgeleverde universitairen. Juist het oorspronkelijke doel en de uiteindelijke reden tot oprichting van een nieuwe universiteit in Maastricht, het tegengaan van de uitstroom van “brains” uit de regio. Dertig jaar geleden waren het de brains van VWO studenten, vandaag die van afgestudeerde universitaire studenten. En terwijl de typische Limburgse VWO student vroeger naast Eindhoven, Nijmegen en Tilburg ook naar Aken en Leuven ging, niet al te ver van huis, gaan de UM studenten nu, vier jaar later na hun studies naar Amsterdam, Brussel, Londen, Berlijn en andere grote steden in Europa en wereldwijd.

De mobiliteit van studenten, en jongeren meer algemeen, is een complex verhaal waarover recent niettemin wat interessante economische inzichten zijn aangeleverd. Belangrijkste verklarende factor is de aantrekkingskracht van de grootstad. De grootstad biedt niet alleen schaalvoordelen in het makkelijker vinden van een gepaste job, het biedt ook schaalvoordelen in het vinden van de gepaste partner. Niet voor niets heet de populaire televisieserie “sex and the city”. Zoals enkele Amsterdamse economen recent aantoonden in een bijdrage getiteld “marriage and the city”, kan de grootstad in zekere zin beschouwd worden als een “huwelijksmarkt”. Jongeren maar ook gescheiden singles trekken naar de grootstad omwille van de lagere kosten in het zoeken naar een partner en het feit dat ze dankzij de grotere omvang van de markt ook kieskeuriger kunnen zijn. Ik weet het, dit klinkt allemaal weinig romantisch, maar dat vinden economen nu juist heel leuk. De romantiek de grond inboren. Want wat blijkt: zodra getrouwd, trekt men zich zo snel mogelijk terug uit de grootstad.

Kortom, wil de universiteit en Maastricht meer profijt halen uit zijn universitaire afgestudeerden dan liggen er twee conclusies voor de hand. Focus je werkgelegenheidsbeleid op de aantrekkelijkheid van een kleine, op menselijke maat geschoeide stad voor jonge koppels al dan niet met kinderen, en organiseer nóg meer vuurwerk, dans en feest parties voor studenten en medewerkers, vooral dan degene die single zijn. En waarom niet beginnen op 9 juli a.s.?

Luc Soete